Landelijk gezien is de concurrentie op de markt voor benzinestations de laatste tien jaren sterk toegenomen. Met name door het groeiende aantal prijsvechters als bijvoorbeeld Tinq, Tamoil, Firezone en Tango. Reguliere stations zijn grotendeels meegegaan in deze concurrentiestrijd. De kortingen kunnen per plaats verschillen. Stations die geen korting geven op de landelijke adviesprijzen zijn, buiten de Rijkswegen, een zeldzaamheid. De vooruitzichten ten aanzien van de in de toekomst te behalen marges voor tankstations zijn onzeker. De verwachting is dat marges eerder zullen afnemen dan toenemen.
Ook in de jaren 2012 en 2013 is de prijsconcurrentie tussen tankstations nog weer sterk toegenomen. Vooral de grote maatschappijen zijn zeer competitief, soms zelfs agressief te noemen. Kortingen tot € 14 cent per liter op benzines en € 12 cent per liter op diesel worden steeds minder een uitzondering. Met uitschieters op Tango's dwaze donderdag of Tinq's zaterdag mazzeldag tot € 16 cent, respectievelijk € 14 cent per liter. Vooral voor particuliere exploitanten (die vaak deels meegaan in deze kortingen) heeft dit een fors effect op de overblijvende handelsmarge.
De laatste jaren daalt het totale volume aan verkochte brandstoffen met enkele procenten per jaar. Dit wordt deels veroorzaakt door een lagere vraag vanuit de transportsector, maar eveneens door de daling van de particuliere vraag naar motorbrandstof met meerdere procenten per jaar. De keuze van de consument voor fiscaal vriendelijke hybride of elektrische auto's dan wel kleinere auto's en bewust rijgedrag heeft in combinatie met de economische crisis deze gestage daling te weeg gebracht. Ook de hoge pompprijzen en gestegen accijnzen spelen vanzelfsprekend een rol.
Gemiddeld is de verwachting dat de shopomzetten thans met circa 1% per jaar dalen. De komende jaren zal de opmars van onbemande stations verder doorzetten ten koste van het bemande tankstation. Illustratief voorbeeld is wellicht de opening (september 2013) van een nieuwe Tango aan de A27 bij Eemnes (inmiddels zijn meerdere geopend en in aantocht). Overigens wel in combinatie met een zelfstandige hoogwaardige shopformule. In dit kader moet tevens gemeld worden dat Shell thans al op veel locaties “experimenteert” met het geven van kortingen. Shell heeft een voorbeeldfunctie. Verwacht mag worden dat snel meerdere maatschappijen de kortingen langs de Rijkswegen zullen verhogen. Dit mag gezien worden als een noodzaak om verloren gegaan terrein terug te winnen (de laatste jaren daalden de doorzetten langs de rijkswegen met tientallen procenten).
Van de circa 4.200 tankstation in Nederland zijn ca. 1.400 onbemand. De verwachting (Nove) is dat de komende jaren circa 1.000 tankstations hun deuren zullen sluiten. Naar onze mening zal dit vooral de bemande stations op minder goede locaties betreffen en in mindere mate de onbemande stations. Ook zal het een deel van de stations betreffen die in de invloedssfeer van de grens gelegen zijn (600 tot 800 stuks). Op het moment dat minder renderende stations opnieuw moeten investeren in tanks en leidingwerk, bijvoorbeeld naar aanleiding van een keuring, komt sluiting dichterbij.
De huidige economische situatie heeft in combinatie met de toegenomen prijsconcurrentie zijn weerslag op de koopprijzen van tankstations en wascentra. In eerste instantie konden tankstation zich qua koopprijzen redelijk goed aan de economische malaise onttrekken. Maar vooral sinds de laatste drie à vier jaren zijn de prijzen substantieel gedaald en de transactie doorlooptijden gestegen. Bij tankstations zijn vooral de gedaalde bruto marges daar debet aan. Echter niet alleen. Ook in deze bedrijfstak hebben de gestegen kosten voor het aantrekken van vreemd vermogen gezorgd voor een nadelig effect op de koopprijzen. De banken spelen hierbij een sleutelrol, omdat zij weinig tot geen nieuw kapitaal verstrekken in de Automotive sector. Voor tankstations geldt in het algemeen, voor de periode vanaf medio 2008 tot heden, een indicatieve waardedaling in de orde van 20% tot 35%.
Markt voor tankstations als belegging
Naar onze mening zijn tankstations in verhuurde staat een interessante beleggingscategorie. Immers de goede stations hebben vaak solvabele huurders en langlopende huurcontracten. Echter “de markt” denkt daar over het algemeen anders over. De kopers-groep voor tankstations als belegging is klein en sinds de crisis verder geslonken. Ondernemers die bekend zijn in de brandstoffenwereld zijn thans vaak alleen geïnteresseerd in exploitatie en niet in een belegging.
Onze ervaring is dat voor veel reguliere vastgoedbeleggers tankstations vaak een onbekende beleggingscategorie is. In de huidige tijd ziet men in deze categorie veel risico's. Bovendien hebben zij bij tankstations minder “gevoel” wat ze nou eigenlijk kunnen kopen De media-aandacht voor gedaalde volumes, elektrische auto's en sluitingen van tankstations, wekt de kooplust ook niet op. Daarnaast hebben de banken natuurlijk ook een remmende werking op het aantal transacties.
In Nederland financiert de Rabobank veruit de meeste tankstations. De ABN-AMRO, SNS, FGH Bank en ING hebben een veel beperktere rol. De financieringen betreft voor het grootste deel tankstations voor exploitatie. Als het gaat om een belegging in een tankstation financieren banken thans niet. Dit wordt namelijk gezien als commercieel onroerend goed. Over het algemeen verstrekken banken in deze categorie thans weinig tot geen krediet. Als het dus gaat om verhuurde tankstations wordt er nu in het geheel geen krediet verstrekt. Daarom heeft de huidige situatie dus een forse impact op de koopprijzen voor tankstations als belegging.
Informatiebronnen: Pompshop, TankPro, Rabobank, Nove, Beta, Bovag, eigen archief Brandstoffenmarkt